Verwarm de oven voor op 200°C.

Halveer de paprika's en verwijder de zaadjes.

Plaats ze met de snijkant naar beneden op een bakplaat met bakpapier en bak gedurende 40 minuten in de voorverwarmde oven.

Het vel van de paprika's zal zwart kleuren.

Haal de gegrilde paprika's uit de oven en stop ze in een plastic zakje dat je dichtbindt. Laat een uurtje rusten.

Als de paprika's volledig afgekoeld zijn, kan je het zwartgeblakerd vel heel makkelijk verwijderen.

Snijd de ontvelde en gegrilde paprika's in reepjes.

Bak de spekreepjes aan in een pan zonder vetstof. Laat afkoelen op keukenpapier.

Hak de hazelnoten in stukjes en bak ze eveneens in een pan zonder bakstof.

Snijd de appel in fijne maantjes.

Meng de linzen met de olijfolie en het paprikapoeder.

Schep de paprikareepjes, de spekreepjes, de gehakte hazelnoten en de appel door de linzen.

Toast het brood en smeer er de geitenkaas op.

Serveer de linzensalade met de geitenkaastoast en de Siciliaanse witte wijn.